Blog Walther Tibosch: Creëer geen nieuwe problemen!

Al weer vele jaren geleden werkte ik als leidinggevende in een centrum voor gezinsbegeleiding voor kinderen met een zintuiglijke beperking. In die functie voerde ik vele gesprekken met ouders over excellente trainingsprogramma’s die wij speciaal voor hun kind hadden ontwikkeld. Ik hamerde dan telkens op het belang dat die programma’s 365 dagen per jaar, weekend of geen weekend, vakantie of geen vakantie, doorgang zouden vinden. De trainingen moesten volledig worden geïntegreerd in de gezinssituatie en worden uitgevoerd door vader of moeder. Vanuit behandeloogpunt waren dit uitstekende voorstellen, in het fanatieke streven om het kind optimaal te ondersteunen in de revalidatie en behandeling. De twijfels en weerstand bij de ouders vond ik lastig, vaak onbegrijpelijk en niet constructief.

Pas toen ik zelf vader werd en onderging hoe intensief het ‘runnen’ van een gezin is, kwam ik tot de pijnlijke conclusie dat ik ouders in een aantal gevallen een probleem erbij had gegeven in plaats van een oplossing. Soms konden de trainingsprogramma’s helemaal niet gecombineerd worden met de gezinssituatie, zeker niet als hier meerdere kinderen opgroeiden. Iets wat ik zelf op een natuurlijke wijze ervaren zou hebben als ik toen zelf vader was geweest.

Vanaf dat moment hebben we in alle teams van dit centrum voor gezinsbegeleiding als aanvulling professionals benoemd die zelf nog in de jonge kinderen zaten. “Ervaringsdeskundigen” dus. Zoals zo vaak het geval is, leverden de verschillende perspectieven een uitstekende bijdrage aan optimalisatie van noodzakelijke, wenselijke en haalbare hulp.

Ervaringsdeskundigheid is ook binnen de geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg een zeer zinvolle aanvulling op de zorg, naast professionele en wetenschappelijke kennis over effectieve behandelingen. Sta je verder van de hulpvrager af, zorg er dan voor dat je écht goed luistert en kijkt. Naar de hulpvrager en naar alle betrokkenen rondom de hulpvrager met hun verschillende perspectieven. Dit geldt zeker ook voor beleidsmakers en organisatoren van zorg. Houd goed voor ogen: Wat heeft deze persoon nodig om het doel te kunnen bereiken? Welke obstakels komt hij of zij tegen en hoe kunnen we die samen oplossen? Schieten we niet het doel, de bedoeling voorbij? Niemand heeft “het gelijk aan zijn kant” maar de kracht van benutten van verschillende perspectieven is juist dat je een beter antwoord kunt formuleren op de vraag “Wat is de beste oplossing voor deze persoon in deze situatie met dit probleem?” Zodat we Nieuwe Kansen creëren, en geen nieuwe problemen.