Blog Walther Tibosch: Minder schotten, minder overlegtafels, meer integrale en structurele samenwerking

Kleine groep kwetsbare personen heeft langdurige en op alle leefgebieden zorg nodig!

De druk op (specialistische) zorg, geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg neemt al jaren sterk toe. Ondanks alle inzet zijn er nog steeds te veel meldingen van huiselijk geweld, ‘verwarde personen’ en een stijging van aantallen dak- en thuislozen. Door het terugdringen van het aantal ‘bedden’ in zorginstellingen en het nog onvoldoende passend ambulant aanbod, afname van opvangplaatsen en voorzieningen voor beschermd wonen en te weinig structurele begeleiding van kwetsbare personen en gezinnen valt een kleine groep nu geregeld tussen wal en schip. Dit zorgt bij hen voor een toename van problemen en vermindering van het welzijn, maar leidt ook tot hogere kosten, meer overlast en in sommige gevallen ook verminderde veiligheid.

Vanaf 2014 zijn alle relevante wetten op het terrein van zorg gewijzigd, bezuinigingen doorgevoerd en bekostigingssystemen veranderd. Regels, systemen en schotten staan regelmatig ‘zorg op maat’ of veiligheid in de weg. Dit mag nooit een excuus zijn om noodzakelijke zorg of veiligheid niet hier en nu te organiseren! Overheid, financiers en aanbieders van zorg en ondersteuning zijn intensief met elkaar in overleg om alle veranderingen vorm en inhoud te geven. De grote vraag is daarbij ‘hoe kunnen we met gelijkblijvende en krimpende budgetten de groeiende vraag naar zorg en ondersteuning beantwoorden’?

Zorg-, welzijns- en veiligheidsmedewerkers werken dagelijks heel hard om persoonlijke begeleiding, ondersteuning en behandeling te bieden. Maar structureel zijn er nog veel verbeteringen nodig, waardoor passende en effectieve ondersteuning en behandeling sneller en adequater geboden kan worden. En die verbeteringen zijn ook mogelijk!

Met name het bieden van structurele, samenhangende en langdurige ondersteuning en begeleiding aan kwetsbare mensen en gezinnen die door de jaren heen ook af en toe specialistische zorg nodig hebben, laat nog veel te wensen over. Bij deze relatief kleine groep inwoners zijn veel instanties en hulpverleners betrokken. Denk aan huisartsen, wijkteams, zorginstellingen (en bijvoorbeeld ook crisisopvang), maar ook aan woningcorporaties, werk/dagbesteding, schuldhulpverlening, maatschappelijke opvang en politie/justitie. Dat maakt de kosten voor zorg en hulp van deze relatief kleine groep heel hoog. Bij deze kleine groep is een integraal aanbod nodig van intensieve en langdurige ondersteuning en zorg zodat zij mee kunnen blijven doen in de samenleving. Maar het valt juist op dat juist in deze situaties er sprake is van een grote mate van versnippering en vele schotten.Tussen aanbieders van ondersteuning en zorg, en tussen financieringsstromen. De hulpvrager en zijn naasten zien door de bomen het bos niet meer, evenmin als de hulpverlener. Dit moet anders!

Om inzicht te krijgen in historie en overzicht te krijgen en houden in complexe situaties is langdurige en persoonlijke ondersteuning vanuit één hulpverlener nodig op het gehele traject. Deze hulpverlener heeft de mandaten nodig van betrokken instellingen en instanties om te doen wat noodzakelijk wordt geacht. Daarnaast is regie op alle noodzakelijke zorg nodig: één regiebehandelaar voor de totale behandeling en ondersteuning. Ook weer met mandaat om te handelen. Beide hulpverleners moeten ervoor zorgen dat er door inzet van hulpaanbieders resultaten worden bereikt en dat hulpvragers meewerken om de resultaten te bereiken.

Om de broodnodige veranderingen in goede banen te leiden, is het nodig dat hulpverleners, leidinggevenden en bestuurders elkaar opzoeken en kennis uitwisselen over het palet aan ondersteunings- en behandelmogelijkheden die in een wijk , dorp, stad, regio, provinciaal en landelijk beschikbaar zijn. Deze ontmoetingen moeten leiden tot een integraal, effectief en eenduidig aanbod, deskundigheidsbevordering en het verminderen van de enorme aantallen losse ‘overlegtafels’. Niet praten, maar samenwerken!.

Om structureel voor deze kleine groep inwoners de juiste ondersteuning en zorg te ontwerpen (maatwerk) en te realiseren, zijn per plaats/regio twee overlegtafels nodig. Eén waar ondersteuners en hulpverleners elkaar op gezette tijden ontmoeten om ervaringen uit te wisselen, knelpunten te signaleren en casussen te bespreken, en één voor de bestuurders van instanties die gaan over wonen, werk/dagbesteding, financiën, veiligheid, ondersteuning en (specialistische) zorg, die systemen en regels moeten aanpakken om knelpunten op te lossen. Goede voorbeelden zijn projecten in verschillende steden zoals Oss (de Ruwaard) en Den Bosch (Thuis in ZuidOost).

Daarnaast is het nodig dat specialistische zorg op consultbasis meer en beter beschikbaar komt voor wijkteams, gezondheidscentra/huisartsen en specialisten onderling.

Als we de versnippering van de hulpverlening verminderen, het aantal overlegtafels verminderen en eerder investeren in effectieve en langdurige zorg voor een relatief kleine groep kwetsbare inwoners, dan bespaart dit op korte en middellange termijn veel ellende en veel geld. Dat kunnen we dan weer investeren in voorkómen van ernstige, chronische en complexe problematiek. Zo heeft nieuwe samenwerking een positief effect in de toekomst: jaar na jaar, generatie na generatie!

Novadic-Kentron
Walther Tibosch