Cijfers 2022

In dit artikel vind je de belangrijkste cijfers van 2022: je vindt hier cijfers over de totale instroom van cliënten en specifiek over jongeren. Je vindt er informatie over het aandeel klinische behandeling, verschillende leeftijdscategorieën en primaire problematiek. Verder vind je een terugkoppeling over de cliënttevredenheid en ketenpartnerstevredenheid in 2022. Ten slotte vind je in dit artikel cijfers over ons personeelsbestand in 2022.

Alle cliënten

In 2022 waren 7.122 cliënten in behandeling, versus 7.719 in 2021. Van hen zijn 1.007 cliënten klinisch opgenomen. Dit zijn alle opnames, ook andere financieringsstromen dan DBC en DBBC, maar exclusief woonvoorzieningen (hostels).

Primaire problematiek Aantal
Alcohol 2.538
Opwekkende middelen (cocaïne, amfetamine) 1.138
Opiaten 825
Cannabis 977
GHB 123
Gokken 188
Medicijnen (o.a. benzodiazepines) 300
Internet (gamen, chatten, erotiek) 67
Ketamine 83
Xtc 11
Overig1 114
Onbekend2 758

 1 Bijvoorbeeld: lachgas, nicotine, hallucinogenen

2 Bijvoorbeeld omdat cliënten zich nog in de intake/diagnostiekfase bevinden, omdat ze alleen nog urinecontroles krijgen of omdat het cliënten zijn van de dag- en nachtopvang, een woonvoorziening of cliënten die behandeling krijgen via huisartsenpraktijken (onderaannemerschap)

Geslacht Aantal
man 5.251
vrouw 1.866
onbekend/anders 5

 

Leeftijd Aantal
<18 96
18-23 656
24-50 4.354
50+ 2.016

 Jeugd en jongeren (12-24 jaar)

In 2022 zijn in totaal 752 jongeren behandeld (van wie 129 klinisch), versus 826 in 2021.

Primaire problematiek Aantal
Cannabis 290
Opwekkende middelen (cocaïne, amfetamine) 103
Alcohol 79
Gamen 22
Gokken 33
GHB 6
Xtc 9
Opiaten 8
Overig 105
Onbekend 97

 

Leeftijd aantal
11 1
12 1
14 9
15 15
16 28
17 42
18 62
19 100
20 114
21 118
22 126
23 136

 

Geslacht Aantal
Man 537
Vrouw 214
Onbekend 1

Cliënttevredenheid 2022

Cliënttevredenheid bij behandeling meten we met de CQI-GGZ-VZ-AMB: een online vragenlijst met dertien vragen die de cliënt aan het einde van de behandeling anoniem invult. N is het aantal cliënten die hebben meegedaan, Gem is de gemiddelde totaalscore op cliënttevredenheid (van 0 tot 10). De Specialistische GGZ en de Basis GGZ zijn binnen NK ondergebracht binnen hetzelfde team.

In 2023 starten we met de CQI-vragenlijst voor de klinieken, die aan het einde van de opname wordt ingevuld.

  N Gem
Totaal NK (gemeten met CQI) 418 8,4
Zorgverzekeringswet: SGGZ en BGGZ 392 8,5
Gemeentelijk domein: Jeugd en MAZ 65 7,9
Forensisch 16 8,6

 Conclusies

  • De totale cliënttevredenheid is in 2022 gelijk gebleven ten opzichte van 2021 (een 8,4). Toch zijn er altijd nog kansen voor verbetering. NK werkt eraan om meer cliënten de vragenlijst te laten invullen. Hierdoor weten we nog beter wat cliënten van de zorg vinden.
  • Cliënten die ambulant bij NK zijn behandeld en de CQI-vragenlijst hebben ingevuld, zijn erg tevreden over de behandeling die zij bij NK hebben gehad (8,5 gemiddeld). In 2022 vulden veel meer cliënten de vragenlijst in dan in 2021 (392 in plaats van 225). Het is goed om te zien dat de waardering van de behandeling hoog blijft.

Tevredenheidsmetingen gemeentelijk domein 2022

In 2022 heeft het gemeentelijk domein opnieuw enkele tevredenheidsmetingen uitgevoerd.

Wmo-begeleiding

Bij Wmo-begeleiding is de vragenlijst door 45 cliënten ingevuld en is het gemiddelde beoordelingscijfer opnieuw uit de kunst: een 8,8! Alle cliënten zouden de begeleiding aanbevelen bij anderen (84,4% zeker, 56,6% waarschijnlijk). Wat een mooi compliment voor de medewerkers die onze cliënten bijstaan. In de open antwoorden lezen we een verhaal dat raakt:

“Als de overheid zou luisteren, zouden ze moeten weten dat we meer mensen nodig hebben als jullie. Mijn verhaal zou geanonimiseerd gebruikt mogen worden om aan te tonen hoeveel de begeleiding mij en mijn dochter heeft geholpen. […] Het vertrouwen dat je me hebt gegeven, en door niet veroordeeld te worden, mijn problemen werden geaccepteerd en ik werd gerespecteerd, durfde ik de deur altijd open te maken. Ik had het gevoel dat je er echt was om me te helpen. Dat gaf me het vertrouwen open en eerlijk te zijn en te leren weer op eigen benen te staan.”

Cliënten waren positief over alle bevraagde onderdelen:

  • 86,7% van de cliënten voelde zich altijd serieus genomen door de begeleider (de overigen ‘meestal’).
  • 68,2% vond de begeleiding altijd de juiste voor het probleem (27,3% meestal).
  • 79,5% gaf aan dat de begeleiding naar wens was uitgevoerd (15,9% meestal).
  • 70,5% heeft altijd mee kunnen beslissen (27,3% meestal).

In de meting van 2023 evalueren we de huidige vragenset op basis van de vernieuwde CQI vragenset voor ambulante GGZ. Mogelijk voegen we enkele nieuwe vragen toe. Daarnaast voegen we de mogelijkheid toe om vragen op papier in te vullen. De reden dat we deze optie toevoegen, is dat de respons in 2022 lager was dan gewoonlijk bij de Wmo-begeleiding.

Woonvoorzieningen

Bij het NK team Wonen is de vragenlijst door dertig bewoners ingevuld van drie verschillende locaties in Brabant. Het gemiddelde beoordelingscijfer is een 7. Daarmee is de beoordeling iets lager dan vorig jaar: toen scoorden we een 7,3. Bewoners geven aan dat ze het prettig vinden als de locaties vaker schoongemaakt worden en dat ze willen dat er vaker activiteiten worden aangeboden.

Enkele opvallende uitkomsten:

  • 30% van de bewoners zou NK aan andere mensen aanbevelen (20% waarschijnlijk wel).
  • Meer dan 50% ervaart de woonvoorziening als prettig of zelfs zeer prettig.
  • 40% geeft aan dat de woonvoorziening meestal of altijd wordt schoongehouden.
  • 60% van de bewoners zegt altijd gemakkelijk contact te krijgen met medewerker van de woonvoorziening.
  • Meer dan 50% van de bewoners geeft aan meestal of altijd te kunnen meebeslissen over de vorm van begeleiding op de woonvoorziening.
  • Meer dan 65% van de bewoners zegt dat de begeleider hen aanspoort om activiteiten te ondernemen.

De scores geven ons input om na te denken over verbeteracties in dit jaar.

Ketenpartners

Bij de tevredenheidsmeting onder de ketenpartners hebben we dit jaar de focus gelegd op preventie. Hoe kijken onze ketenpartners naar de inzet van preventie in 2022? Ongeveer 50 ketenpartners uit heel Brabant vulden de vragenset in. Ook hier is een geweldig rapportcijfer gegeven voor preventie, een 8,2!

Verreweg de meeste ketenpartners beoordeelden NK met een 4 of 5 (waarbij 5 het maximum) op de bevraagde onderdelen:

  • deskundigheid (62% geeft score 5, 30% score 4);
  • samenwerking (68% geeft score 5, 22% score 4);
  • bereikbaarheid (70% geeft score 5, 20% score 4);
  • informatieverstrekking (49% geeft score 5, 38,8% score 4);
  • communicatie (56,3% geeft score 5, 33,3% score 4);
  • behaalde resultaat (34% geeft score 5, 29,8% score 4 en 27,7% geeft aan dat ze het niet weten).

Een greep uit de reacties:

“Fijne samenwerking met de preventiemedewerker. Graag deze samenwerking continueren, en liefst uitbreiden.”

“Dankjewel team preventie jeugd voor de samenwerking dit jaar! Heel fijn dat ik zulke korte lijntjes met jullie heb, dat ik zeer gemakkelijk jullie kan bellen voor overleg en/of aanmelden casus.”

Toch zijn er ook kritische noten geplaatst in het rapport, we gaan in gesprek met onze ketenpartners om te achterhalen waar deze negatievere geluiden vandaan komen. Want negatieve feedback geeft ons input om te verbeteren. Ook zullen we bekijken hoe we onze resultaten beter zichtbaar kunnen maken.

Wil je de rapporten volledig nalezen, neem dan contact op met onze relatiemanager Ton van Pelt (via receptie locatie Vught).

Aantal medewerkers

Aantal fte per 1 januari 2022: 772
Aantal medewerkers per 1 januari 2022: 906

Aantal fte per 31 december 2022: 765
Aantal medewerkers per 31 december 2022: 896

Elk lijntje telt

Elk lijn­tje telt…..Heb je je ooit af­ge­vraagd wat er ach­ter de scher­men ge­beurt bij de pro­duc­tie van co­ca­ï­ne? En wat het ef­fect is op na­tuur en mens?

Ie­de­re ge­brui­ker heeft er recht op om dit te we­ten. On­der­staan­de ani­ma­tie, ge­maakt door NK, de politie en ge­meen­ten Bre­da en Til­burg, legt het uit.

On­der de ti­tel ‘Elk lijn­tje tel­t’ wordt in het drie mi­nu­ten du­ren­de film­pje beel­dend uit de doe­ken ge­daan hoe de co­ca­teelt in Zuid-Ame­ri­ka ge­paard ten kos­te gaat van het tro­pisch re­gen­woud: ,,Voor el­ke gram co­ca­ï­ne moet je on­ge­veer twee vier­kan­te me­ter tro­pisch re­gen­woud ver­nie­ti­gen.” Ook wordt de kij­ker ge­we­zen op het ge­ge­ven dat de drugs­kar­tels ‘dood en ver­derf zaai­en’. In Zuid-Ame­ri­ka, maar ook in de lan­den waar de co­ca­ï­ne uit­ein­de­lijk in de neu­zen ver­dwijnt. Zo­als Ne­der­land.

Geen be­le­ren­de toon
Het film­pje is oor­spron­ke­lijk ge­maakt door de Na­ti­o­nal Cri­me Ag­en­cy, de Brit­se FBI. ,,Maar we heb­ben de tek­sten ver­an­derd, waar­door het wat min­der be­le­rend wordt”, zegt Alex van Don­gen, pre­ven­tie­me­de­wer­ker van No­va­dic-Ken­tron, Bra­bants groot­ste in­stel­ling voor ver­sla­vings­zorg. ,,We hou­den de ge­brui­kers niet recht­streeks ver­ant­woor­de­lijk voor de ver­woes­ting van de na­tuur en de ge­or­ga­ni­seer­de mis­daad. We zeg­gen wel: je hebt het recht om dit te we­ten. Dat is ook wat min­der po­la­ri­se­rend.”

Toen­ma­lig jus­ti­tie­mi­nis­ter Grap­per­haus zei in 2019: ‘Ie­der­een die een pil­le­tje slikt of een lijn­tje snuift, fi­nan­ciert mis­da­di­gers’. Ook po­li­tie­chefs als Erik Aker­boom en Wil­bert Pau­lis­sen hiel­den ge­brui­kers me­de­ver­ant­woor­de­lijk voor de drugs­cri­mi­na­li­teit. No­va­dic-Ken­tron gaat wat om­zich­ti­ger te werk en houdt de kij­ker voor dat diens keu­ze ‘in­vloed heeft’ zegt Van Don­gen: ,,Je ziet dat he­le ste­vi­ge uit­spra­ken on­mid­del­lijk veel kri­tiek los­ma­ken. Het gaat ons om het doel: het ont­moe­di­gen van drugs­ge­bruik.”

Het film­pje be­gint ook met de me­de­de­ling dat het ge­bruik van co­ca­ï­ne niet nor­maal is. Alex: ,,In som­mi­ge krin­gen wordt ge­dacht dat dat wel zo is, maar de cij­fers be­ves­ti­gen dat voor­als­nog niet. Het idee dat het nor­maal is, kan er ook weer toe lei­den dat jon­ge­ren het gaan uit­pro­be­ren. Om­dat ze den­ken: ‘als ie­der­een het ge­bruikt, zal het niet zo erg zijn’.” Alex voegt er aan toe dat er wel ‘sig­na­len’ zijn dat in som­mi­ge groe­pen jon­ge­ren het drugs­ge­bruik ‘nor­ma­li­seert’. Maar het wach­ten is op nieuw on­der­zoek dat met be­trouw­ba­re cij­fers komt.

Cam­pag­ne Oost-Bra­bant
Al­le 32 ge­meen­ten in Oost-Bra­bant be­gon­nen in 2021 met de cam­pag­ne ‘S­kip die trip’. Ook die heeft als doel de nor­ma­li­se­ring van het drugs­ge­bruik on­der jon­ge­ren te­gen te gaan. Ook No­va­dic-Ken­tron is daar­bij be­trok­ken. Uit een steek­proef on­der jon­ge­ren in Oost-Bra­bant bleek dat één op de tien aan­gaf dat ze geen drugs ge­brui­ken om­dat dat de cri­mi­na­li­teit in stand houdt en scha­de­lijk is voor het mi­li­eu. Van Don­gen: ,,Maar de be­lang­rijk­ste re­den om van drugs af te zien is dat ze ge­zond wil­len le­ven en het niet bij hun le­ven past. Maar het lijkt er­op dat som­mi­ge jon­ge­ren van hou­ding ver­an­de­ren als ze, bij­voor­beeld op een fes­ti­val, in aan­ra­king ko­men met ge­brui­kers.”
Van Don­gen denkt niet dat de im­pact van het film­pje zo groot zal zijn dat drugs­ge­brui­kers geen in­for­ma­tie meer dur­ven in te win­nen over mid­de­len of geen me­di­sche hulp meer dur­ven te vra­gen. ,,Dat is het po­si­tie­ve ef­fect van de nor­ma­li­se­ring zo­als die is op­ge­tre­den.”

 

Tekst BD/Re­ne van der Lee

Voorlichting over middelengebruik op school “Van vroeger naar nu”

Roken, blowen, drinken en gamen: veel leerlingen proberen weleens iets uit tijdens hun middelbareschooltijd. Hoe ga je om met eventuele problemen door gamen, gokken, alcohol of drugs? En misschien nog belangrijker: hoe voorkom je ze?
Wil je hierover meer weten, kom dan op donderdag 8 juni naar de kennis- en inspiratiemiddag in het Nationaal Onderwijsmuseum in Dordrecht.

Een school die wil inzetten op preventie van middelengebruik, heeft een heleboel mogelijkheden die effectief zijn. Deze zijn bijvoorbeeld gericht op de ontwikkeling van sociale vaardigheden, deskundigheidsbevordering voor ouders en docenten en werken aan een gezond schoolklimaat.

Hoe werd er vroeger voorlichting binnen het onderwijs gegeven over (de gevaren) van drugs en alcohol? Is dit anders dan vandaag de dag? Ontdek het tijdens de lezingen van medewerkers van Novadic-Kentron en het Trimbos Instituut. Daarna gaan we in gesprek met professor Pieter Tops over de vraag of er ook voorlichting moet komen over de maatschappelijke gevolgen van alcohol- en drugsgebruik in de samenleving.

Wil je weten of jouw school al goed bezig is? Kom dan naar deze middag.
We delen de laatste inzichten met jou en gaan met je in gesprek tijdens een boeiend en leerzaam programma. Toegang is € 10 per persoon, inclusief toegang tot het museum. Meld je meteen aan.

Programma

Donderdag 8 juni 2023

13.45 – 14.00 uur Inloop
14.00 – 14.45 uur Alcohol- drugsvoorlichting van 1970 tot 2020  (dr. Lex Lemmers, Trimbos-instituut)
14.45 – 15.30 uur Do’s & don’ts alcohol en drugsvoorlichting anno 2023 (Charlotte van Baal & Danielle Ketelaars Novadic-Kentron)
15.30 – 16.15 uur Toen en nu: stigmatiseren van gebruikers en verslaafden (Alex van Dongen, Novadic-Kentron)
16.15 – 16.45 uur Plenaire discussie – voorlichting maatschappelijke gevolgen (professor Pieter Tops)
16.45 – 17.15 uur Afsluiting met drankje en nootje

Voor wie
De bijeenkomst is bedoeld voor docenten, beleidsmakers op het gebied jeugd/jongeren, studenten social work én opvoeders.

Locatie
Nationaal Onderwijsmuseum
Burgemeester de Raadtsingel 97
3311 JG Dordrecht (op loopafstand van station Dordrecht)
T 078-632 68 20
communicatie@onderwijsmuseum.nl

Aanmelden
De kosten voor het bijwonen van deze bijeenkomst zijn 10 euro. Dit is inclusief de entree voor het museum. Meld je hier aan.

Veilig gebruik bestaat niet: 5 misverstanden over xtc

Veel jongeren krijgen een kick van xtc en delen dan ook deze positieve ervaringen. Toch wordt er nog steeds te lichtzinnig gedacht over de risico’s van xtc. Er zijn mensen al overleden na het gebruik van een halve pil. De misverstanden op een rijtje.

In de afgelopen weken zijn we opgeschrikt door het overlijden van jonge mensen na het gebruik van xtc. Soms omdat ze het ‘gewoon een keertje wilden proberen’. Er zijn experts die vinden dat de risico’s van xtc worden overdreven. Of dat het gelegaliseerd zou moeten worden. Los van de zin of onzin hiervan, merken wij dat dit soort berichtgeving de drempel om te gebruiken verlaagt.

Preventiewerkers voor verslavingszorginstelling Novadic-Kentron zijn in heel Noord-Brabant actief. Het klopt dat zij relatief weinig jongeren tegenkomen die verslaafd raken aan xtc. Het is helaas ook zo dat verschillende preventiewerkers in de afgelopen jaren contact hebben gehad met familieleden van jonge gezonde mensen die overleden zijn na het gebruik van xtc. We hebben dit vaker meegemaakt na het gebruik van xtc dan na het gebruik van welk ander middel dan ook. Waarschijnlijk omdat preventiewerkers zich vooral richten op jonge mensen.

We merken dat er veel misverstanden bestaan over xtc. Laten we ze onder de loep nemen.

Misverstand 1: het gebruik van xtc is veilig als er alleen mdma in zit.

Van één zuivere xtc-pil, dus een pil met alleen mdma [de werkzame grondstof voor xtc, red.], kun je overlijden. Er zijn mensen al overleden na het gebruik van een halve pil. We weten nog steeds niet goed waarom dit bij de een wel gebeurt en bij de ander niet. Zo is het onbekend waarom de ene persoon oververhitting krijgt bij een relatief lage dosering en andere gebruikers niet. Voor xtc bestaat daarom geen veilige dosis. Het risico neemt toe naarmate er meer mdma in een pil zit. Hoog gedoseerde ecstasytabletten verhogen het risico op acuut toxische effecten, zoals hyperthermie (oververhitting) en hypertensie (hoge bloeddruk). Ook bestaat het risico op watervergiftiging. Dit komt minder vaak voor dan oververhitting of een hartaandoening.

Naar schatting heeft een op de 250 gebruikers medische hulpverlening nodig na het gebruik van xtc. In uitzonderlijke gevallen komt iemand te overlijden.

Misverstand 2: het gebruik van xtc is veilig als de pil is getest.

Van de buitenkant kun je niet zien wat er in een pil zit. En ook pillen die op elkaar lijken kunnen een andere inhoud hebben. Het is goed dat drugsconsumenten hun pil laten testen. Er bestaan stoffen die nog toxischer (giftiger) zijn dan mdma. Het is zinnig om uit te sluiten of deze stoffen er in zitten. Echter, veruit de meeste gezondheidsverstoringen zijn als gevolg van ‘zuivere’ xtc. Dus ook na het testen van de pil is er geen garantie op veilig gebruik en kan een overlijden plaatsvinden!

Misverstand 3: de risico’s van xtc vallen mee, want ze worden regelmatig vergeleken met die van alcohol.

Beide middelen kennen andere risico’s en het is eigenlijk appels met peren vergelijken. Soms merken we dat voor jongeren dit soort vergelijkingen drempelverlagend werken om een middel uit te proberen. Graag wijzen we op het xtc-webinar van het Trimbos waar Esther Croes, arts en -epidemioloog, kritisch is op de uitkomst van een onderzoek waarin de risico’s van verschillende drugs met elkaar worden vergeleken. https://www.trimbos.nl/kennis/drugs/xtc/ 

Misverstand 4: xtc leidt niet tot problemen met het geheugen.

Liesbeth Reneman, hoogleraar Translationele Neuroradiologie, doet onderzoek naar geheugenschade door xtc-gebruik. Volgens haar onderzoek valt de schade door xtc niet mee: ‘In al onze Amsterdam UMC-studies vinden we dat zowel zware gebruikers als gebruikers die net zijn begonnen, fors lager scoren op een geheugentaak. Dit verschil is vergelijkbaar met het verschil tussen mavo/mbo en havo/vwo. Onze beeldvormende onderzoeken suggereren dat een dosisafhankelijke afname in het aantal serotoninetransporters in de hersenen van xtc-gebruikers hieraan ten grondslag kan liggen. En hoewel die serotoninetransporters na het stoppen weer terug lijken te komen naar normale niveaus, gebeurt dat niet op de geheugentaak.’

Misverstand 5: de meeste mensen gebruiken xtc.

De meeste mensen gebruiken geen xtc. 91 procent van de volwassen bevolking heeft nog nooit xtc gebruikt. Uit recent onderzoek in Oost-Brabant blijkt dat 71 procent van de twintigers dit nog nooit heeft gedaan. Het aantal scholieren van 12 tot en met 16 jaar dat ooit xtc heeft gebruikt, ligt al jaren rond de 2 procent. Jongeren die denken dat ‘iedereen’ xtc gebruikt, zijn eerder geneigd om het zelf ook eens uit te proberen. Ook blijkt dat sommige jongeren zich bewust worden van hun eigen risicogedrag wanneer zij constateren dat de meeste jongeren niet gebruiken. Daarom is het van belang om niet te doen alsof iedereen drugs gebruikt. Hier ligt een belangrijke opdracht voor iedereen die met jeugd te maken heeft!

Tot slot: wij begrijpen dat veel jongeren ook positieve ervaringen hebben met xtc-gebruik. En dat juist deze positieve ervaringen met elkaar worden gedeeld. Dit kan er voor zorgen dat er te lichtzinnig wordt gedacht over de risico’s van xtc. Besef dat het gebruik van drugs altijd risico’s met zich meebrengt!

Alex van Dongen en Mathijs de Croon zijn preventiewerkers in respectievelijk West- en Oost-Brabant bij Novadic-Kentron, instelling voor verslavingszorg.

Iedereen sterker aan het werk: meer aandacht voor bedrijfsgezondheid betekent minder druk op zorg

“Ik wil blijven werken tijdens de behandeling van mijn verslaving, kan dat?”

 

Jazeker kan dat! Sterker nog, werk speelt een belangrijke rol bij het herstel van verslaving en andere fysieke en mentale klachten. Toch gaan veel mensen – en ook nogal wat hulpverleners – er nog vaak van uit dat de aandacht volledig gericht moet worden op de behandeling en dat blijven werken het herstel in de weg staat. Terwijl werk een belangrijke bijdrage kan leveren en zelfs een voorwaarde kan zijn voor een voorspoedig en vooral duurzaam herstel.

Wanneer je continu bezig bent met je klachten en je behandeling, ben je alleen nog maar patiënt of cliënt. Daar gaan de meeste mensen zich niet beter door voelen. Blijven werken – zo nodig met aangepaste taken – biedt een welkome afleiding van je ellende en pijn, houdt sociale contacten in stand en zorgt voor structuur en een gevoel van zin en eigenwaarde. Als je het werk helemaal neerlegt, mis je die positieve prikkels. Sociale relaties verwateren en je loopbaan kan onder druk komen te staan. Ook wordt re-integratie veel lastiger en door de afstand tot het normale leven blijven stigma’s en taboes bestaan (“hij kan niet werken, hij heeft een bipolaire stoornis”).

Daarnaast speelt het werk vaak een rol bij het ontstaan of in stand houden van klachten. Neem je tijdens je ziekte en behandeling volledig afstand van je werk, dan kun je ook niet oefenen met de vaardigheden of nieuwe gewoontes die je tijdens je behandeling leert. Evenmin kun je aanpassingen doorvoeren in je taken of werkomstandigheden. Als je dan uiteindelijk weer gaat werken, is de kans op terugval veel groter. Herstel kan alleen maar duurzaam zijn als het op alle levensgebieden is gericht.

Bevorderlijk is wel dat werkgevers en organisaties zich inzetten voor een gezonde werkplek. Dat doe je niet door een angstcultuur in stand te houden waardoor werknemers te lang doorgaan en te vroeg re-integreren, óf zich juist vaker ziekmelden omdat ze het zien als de enige manier om aan een giftige werkomgeving te ontsnappen. Dan is niet de werknemer, maar de organisatie ziek. Alleen door samen te bekijken hoe het werk de mentale en fysieke gezondheid in stand kan houden en herstel kan bevorderen, zorgen werkgevers én werknemers voor een gezonde werkplek.

Essentieel bij gezondheid en herstel zijn eigen regie en zelfredzaamheid. De inbreng van werknemers levert een niet te onderschatten bijdrage aan oplossingen. Of het nu gaat om manieren om het werk slimmer, met meer plezier en mooiere resultaten te kunnen uitoefenen, of om inzicht in factoren die uitval voorkomen en herstel versnellen. De meeste oplossingen worden bedacht in een open gesprek tussen werknemers, collega’s, leidinggevende en ondersteuning, waarbij de arts bedrijfsgezondheid meedenkt en advies geeft. Als dit gesprek pas plaatsvindt bij (dreigende) uitval, is dat te laat. Veel gezondheidsklachten worden veroorzaakt of verergerd door onzekerheid, stress, het gevoel ergens niet op je plek te zitten, zingevingsvragen of zorgen in de privésituatie. Als dergelijke belastende factoren vroegtijdig worden besproken – uiteraard alleen als de werknemer deze gevoelige informatie zélf wil delen – kan er ook eerder naar passende oplossingen worden gezocht.

Werk is een belangrijk onderdeel van het leven en bedrijfsgezondheid heeft daarmee een grote impact op gezondheid en herstel. Als er waardering is voor de werknemer, als hij of zij eigen regie heeft en zelfredzaam is, de ruimte krijgt om te leren en zich te ontwikkelen én er regelmatig aandacht is voor het dagelijks welbevinden, dan zijn de belangrijkste randvoorwaarden voor een gezond werkklimaat ingevuld en worden veel klachten voorkomen. Gelukkig zien we dat werkgevers steeds meer aandacht hebben voor het welzijn en de vitaliteit van hun werknemers. Meer investeren in preventie is een hele positieve ontwikkeling.

Als de balans tussen draagkracht en draaglast zoek is, dan is het zeer wenselijk dat de werknemer bij leidinggevenden en deskundigen op het gebied van werkplezier en -gezondheid kan aankloppen. Juist op dat moment kan het verschil worden gemaakt. Niet door over te nemen, maar door aan te vullen en samen naar werkende oplossingen te zoeken. En ten slotte, als een werknemer toch uitvalt, is het cruciaal dat de vraag wordt gesteld: hoe kunnen we er samen voor zorgen dat het werk het herstel bevordert?

Door doorlopende aandacht voor sociale, materiële, mentale en fysieke problemen en oplossingen, het vergroten van eigen regie en focus op duurzaam herstel en niet alleen op re-integratie, houden we onze werknemers gezond en neemt de druk op de zorg en sociale voorzieningen af. Door tekorten op de arbeidsmarkt zijn werkgevers nu meer dan ooit gemotiveerd om werknemers gelukkig en gezond te houden. En ook werknemers zijn zich steeds bewuster van het belang van werk in relatie tot hun levensgeluk. Laten we dit momentum benutten en met werkgevers, werknemers en specialisten in bedrijfsgezondheid duurzame inzetbaarheid steviger op de kaart zetten. Het is de hoogste tijd dat we ten volle beseffen dat de gezondheid van het individu, de werkplek en zelfs van de maatschappij onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

 

Walther Tibosch

Raad van Bestuur Novadic-Kentron

Lid Netwerkdirectie Zorg van de Zaak

Als je kind verslaafd is: “Ik bleef haar steeds maar weer opvangen, tot ik echt niet meer kon”

Als iemand van wie je houdt verslaafd is, staat ook je eigen leven compleet op z’n kop. Barbara weet dat helaas maar al te goed. Haar dochter worstelt al zo’n tien jaar met een verslaving. “Je voelt je ontzettend schuldig en machteloos en wordt compleet meegezogen in alle ellende. Ik bleef haar maar opvangen, totdat ik echt niet meer kon.” Barbara besloot te stoppen met ‘helpen’ en zocht zelf hulp om weer haar eigen leven te kunnen leiden. Door haar verhaal te delen, hoopt ze op meer aandacht en begrip voor naasten.

“Als ouder vraag je je af wat je verkeerd hebt gedaan,” begint Barbara haar verhaal. “Gevoelens van schuld, machteloosheid en verdriet: ik werd er dagelijks mee wakker en ging ermee naar bed. Het helpt niet mee als je kind dan ook nog de schuld bij jou neerlegt. Ik kreeg allerlei verwijten naar mijn hoofd geslingerd, want de problemen lagen in haar ogen nooit aan haar, maar altijd aan een ander. ‘Je laat me verhongeren omdat je me geen geld geeft,’ kreeg ik regelmatig te horen. Je moet heel sterk in je schoenen staan om dan te kunnen weigeren. Ik heb lange tijd geloofd dat ze er wel uit zou komen, want ze heeft een sterk karakter. Maar toen ze eenmaal aan drugs verslaafd was, raakte ik haar volledig kwijt. Degene van wie je houdt, wordt een heel ander persoon. Het is een soort levend verlies.”

“Niemand wil zijn kind in de goot zien liggen”

Accepteren dat je je kind niet uit een ellendige situatie kunt helpen, dat is ontzettend moeilijk. “En dus bleef ik haar maar opvangen, geld lenen en proberen tot haar door te dringen,” gaat Barbara verder. “Mijn dochter kon bovendien uitstekend manipuleren. En doordat je al last hebt van een schuldgevoel, ga je daar lange tijd in mee. Voor anderen die hier niet direct mee te maken hebben, is het lastig te begrijpen. Je krijgt vaak reacties als ‘dan moet je dat niet doen’ of ‘zet haar dan buiten.’ Dat is makkelijk gezegd als je zelf niet in die situatie zit. Niemand wil zijn kind in de goot zien liggen. Maar naarmate de tijd en de verslaving vorderen, ga je daar anders in staan. Ik raakte langzamerhand de hoop en het vertrouwen kwijt dat het ooit nog goed zou komen.”

Tot hier en niet verder

De situatie werd steeds onhoudbaarder en uiteindelijk besloot Barbara het contact met haar dochter te verbreken. “Haar leven werd mijn leven en dat wilde ik niet.” Deze moedige stap kon ze nemen nadat ze zelf deskundige ondersteuning had gezocht. “Ik heb veel gehad aan de gesprekken met een familievertrouwenspersoon. Zij hield mij een goede spiegel voor. Ook volgde ik online trainingen, waaronder de module ‘Naast jou‘ van Novadic-Kentron. Ik hield hierin een dagboek bij, deed aan zelfreflectie en ontving persoonlijke feedback van een verslavingsconsulente. Ik leerde dat je als naaste je eigen ruimte in mag en kunt blijven nemen en dat het belangrijk is om je bewust te zijn van wat voor jou belangrijk is. Al deze hulp heeft me gesterkt om te kunnen zeggen: tot hier en niet verder.”

Recht op een eigen leven

Dat Barbara een achtergrond heeft als coach, heeft zeker geholpen bij het trekken van die grens. “Maar het blijft moeilijk,” geeft ze aan. “Alle valkuilen waar je een ander voor waarschuwt, daar trap je zelf ook in. Wat voor mij een echte eyeopener was, is dat ik recht heb op een eigen leven. Ik hoef me niet schuldig te voelen omdat ik een leuke dag heb gehad of op vakantie ga. Ik mag mijn eigen leven leiden en ik mag gelukkig zijn. Dit pas ik nog altijd toe als ik contact heb met mijn dochter en het even niet goed gaat.”

De weg naar boven

Een half jaar lang hadden Barbara en haar dochter vrijwel geen contact. Haar dochter verhuisde naar een andere provincie en zocht opnieuw hulp. Inmiddels is het contact hersteld en gaat het een stuk beter met haar dochter. “Ze krijgt goede ondersteuning, staat positiever in het leven en gebruikt niet meer voor zover ik weet. Als ze me nu belt, dan is het niet meer om geld te vragen, maar gewoon om te kletsen. En als het even niet goed gaat, dan vraag ik wat ze nodig heeft. Ik probeer het niet meer over te nemen of voor haar in te vullen, maar ik stimuleer haar zelfredzaamheid. De balans is nu veel beter.” Barbara kijkt met een positieve blik naar de toekomst: “Helemaal terug heb ik haar nog niet, maar de weg naar boven is ingezet. En ik denk dat onze relatie hierna alleen maar beter kan worden, omdat ze nu veel meer inzichten heeft en dingen van een andere kant bekijkt.”

Zelf naasten ondersteunen

Als ervaringsdeskundige staat Barbara nu andere naasten bij. “Als naaste word je compleet wanhopig omdat je niet meer weet wat je moet doen. Ik ben blij dat ik anderen kan ondersteunen in hun zoektocht. Ouders, vrienden, familie: iedereen trapt in dezelfde valkuilen en het is heel fijn als je deze met elkaar kunt delen en bespreken. Wat ik mensen vooral probeer mee te geven, is dat het heel belangrijk is om je eigen grenzen te bepalen. Wat kun en wil je wel voor de ander doen en wat niet? En zorg ervoor dat je voor jezelf leuke dingen blijft doen, jij hebt recht op je eigen geluk!”

* Vanwege de privacy van de betrokkenen is de naam van Barbara gefingeerd.  De persoon op de foto is ook niet de persoon uit het artikel.

Hulp of advies nodig?

De regie terugpakken op je leven wanneer een geliefde worstelt met verslaving, is niet gemakkelijk, daar heb je soms anderen bij nodig. NK helpt naasten hierbij. Ook als je familielid of partner geen behandeling volgt bij NK, kun je als naaste een beroep op ons doen. We bieden onder andere individuele gesprekken, een online trainingsmodule, gespreksgroepen voor kinderen en een CRA Familietraining. Niet alleen leer je dan beter voor jezelf te zorgen, maar je leert ook hoe je op een positievere manier kunt communiceren met elkaar en hoe je samen het vertrouwen weer op kunt bouwen, wat ook goed is voor het herstel van de persoon met de verslaving zelf. Kijk hier voor de mogelijkheden.

Meer artikelen lezen? Klik hier!