Jongerenwerker Abdel: “Ik kom ook van de straat, ik weet hoe het is”- Praat van de straat: een interview met jongerenwerker Abdel JahJah over lachgas

Ze zijn de oren en ogen van de straat: jongerenwerkers. Om jongeren met problemen zo snel mogelijk op te sporen, werken preventiemedewerkers van Novadic-Kentron samen met veel andere partners. Waaronder Abdel JahJah, al 15 jaar jongerenwerker in de gemeente Etten-Leur. Abdel kan zich prima verplaatsen in ‘hangjongeren’: hij was vroeger één van hen.

Abdel: “Ik kom ook van de straat. Ik weet hoe het is om de hele dag rond te hangen en rotzooi te trappen. Het was een jongerenwerker die mij hieruit heeft geholpen en me deed inzien dat ik iets kan bereiken met mijn talenten. En dat is precies wat ik nu ook doe in mijn werk. Het geeft me veel voldoening als ik een jongere die in de problemen zit verder kan helpen. Bijvoorbeeld met zijn thuissituatie, door weer naar school te gaan of een baan te vinden.” Wanneer Abdel vermoedt dat een jongere overmatig middelen gebruikt, schakelt hij preventiewerker Alex van Dongen van Novadic-Kentron in. Abdel: “Jongerenwerkers zijn geen expert op het gebied van verslavingspreventie, maar we zijn wél expert in het motiveren van jongeren om met een preventiewerker in gesprek te gaan.”

Meer lachgas door corona

Volgens Abdel zijn cannabis en lachgas op dit moment de meest gebruikte middelen onder jongeren op straat. Abdel: “Cannabis is al jaren populair, maar ik zie wel dat sommige jongeren sinds corona meer zijn gaan blowen dan voorheen. Lachgas is sinds 2016 een probleem. Vanaf toen viel het niet meer onder de Geneesmiddelenwet, maar onder de Warenwet. De beschikbaarheid en daarmee het gebruik namen vervolgens enorm toe. Het gebruik van lachgas lijkt door corona ook toe te nemen doordat meer jongeren de straat op gaan. En dat is waar ze elkaar beïnvloeden.”

Het begint vaak op straat

Laten we het lachgasgebruik nader onder de loep nemen. Hoe begint het? Abdel: “Veel jongeren beginnen in groepsverband met het gebruiken van lachgas. Het begint vanaf de leeftijd dat ze op straat gaan hangen. We zien echter ook veel jongvolwassenen gebruiken die bijvoorbeeld een shishalounge bezoeken of met vrienden in een auto hangen op een afgelegen parkeerplaats. Op een gegeven moment zie je dat jongeren steeds vaker ook zonder hun vrienden gaan gebruiken. Vaak is dit een duidelijk signaal dat er verslavingsproblemen ontstaan.”

Verlamd door lachgas

Jongeren raken door het gebruik van lachgas vaak gedesoriënteerd. Ze weten bijvoorbeeld niet meer goed op welke dag en tijd ze leven en hebben moeite met het nakomen van afspraken. Abdel: “Het gebruik van lachgas heeft invloed op werk en school. Ook zijn er regelmatig auto-ongelukken door het gebruik. Onder invloed van lachgas kijken ze nergens meer naar. Vaak hebben gebruikers wel in de gaten dat het gebruik niet goed voor hen is en dat ze hulp nodig hebben. Zeker omdat ze een hele sterke zucht ervaren om steeds opnieuw te gebruiken.” Abdel ziet steeds vaker klachten bij jongeren door lachgasgebruik: “Je moet dan denken aan tintelingen in de handen en benen, moeilijk kunnen bewegen en problemen met het geheugen. In Etten-Leur is een jongere zelfs verlamd geraakt door lachgasgebruik. Hij kan niet meer lopen.”

Populair bij jongeren met een niet-westerse achtergrond

Volgens een rapport van het Trimbos-instituut (2020) zijn er inderdaad signalen die wijzen op een toename van problematisch lachgasgebruik en sociale en lichamelijke problemen als gevolg daarvan. De toename geldt voor alle gebruikers van lachgas, maar daarbinnen lijken jongeren en jongvolwassenen met een niet-westerse migratieachtergrond een belangrijke risicogroep. Abdel zegt dit te herkennen, maar waarschuwt ook meteen voor vooroordelen: “Soms wordt gesuggereerd dat bijvoorbeeld Marokkaanse of Turkse jongeren vaker lachgas gebruiken omdat dat mag van hun geloof. Dat is de grootste onzin die er bestaat. Jongeren weten maar al te goed dat het geloof alle middelen verbiedt die het bewustzijn veranderen. Het geloof biedt op dit gebied meer duidelijkheid dan de overheid.”

En veel jongeren hebben behoefte aan duidelijkheid, volgens Abdel. “De overheid zegt nu dat lachgas niet goed voor je is, maar het is niet verboden. Dat is een goed voorbeeld van onduidelijk beleid. Jongeren snappen dat niet. Kijk bijvoorbeeld naar het mondkapje: de overheid geeft het dringende advies om een mondkapje te dragen en niemand doet het. Vervolgens wordt het verplicht om een mondkapje te dragen en dan doet bijna iedereen het. Duidelijkheid bieden helpt!”

Lachgas om even te ontsnappen

Dat verklaart misschien waarom veel jongeren lachgas gebruiken, maar nog niet waarom veel jongeren met een migratieachtergrond dat doen. Abdel: “Dat heeft volgens mij met toekomstperspectief te maken. Veel Turkse en Marokkaanse jongeren zijn bang dat voor hen geen fijne baan in het vooruitzicht ligt. Lachgas kan voor deze jongeren even de stress wegnemen van het dagelijkse leven. Mijn advies is dan ook: bied jongeren perspectief en duidelijkheid.”

Hoop doet leven

Hoe problemen met lachgas beter voorkomen kunnen worden? Abdel heeft daar wel ideeën over: “Gemeenten kunnen bijvoorbeeld de beschikbaarheid beperken. Zo heeft de burgemeester van Arnhem lachgas verboden op basis van de Wet milieubeheer. Ook moeten we ouders meer ondersteunen op het moment dat zij nog iets te zeggen hebben over hun kind. Dat is meestal in de periode dat er nog geen lachgas wordt gebruikt. Het is overigens een misverstand dat ouders met een migratieachtergrond niet weten dat lachgas slecht voor je is. Ook dat is binnen onze gemeenschap echt wel bekend.” Bij sommige jongeren hangt het lachgasgebruik samen met een instabiele thuissituatie. Die instabiele thuissituatie moet volgens Abdel zo vroeg mogelijk gesignaleerd en aangepakt worden. “Als jongerenwerkers en preventiewerkers goed blijven samenwerken en de overheid ons helpt met duidelijke wetgeving, heb ik goede hoop. En hoop doet leven.”