Waarom is een verslaving zo dwingend? En waarom kunnen je hersenen gaan denken dat een glas bier ‘van levensbelang’ is…?

Als je erover nadenkt is het best wel vreemd… Waarom is het zo gemakkelijk om verslaafd te raken aan iets dat eigenlijk heel slecht voor je is? Het lijkt wel een ontwerpfout in onze hersenen! Wat gebeurt daar eigenlijk als je verslaafd raakt aan alcohol of drugs? En waarom is, als je eenmaal verslaafd bent, de trek naar het middel zo ontzettend moeilijk te weerstaan? Ga mee met ons op een korte rondleiding door ons brein en de evolutie daarvan. Daarna weet jij precies waarom je hersenen kunnen gaan denken dat dat volgende glas bier ‘van levensbelang’ is…

Waarom vinden wij eigenlijk dingen lekker? Grappig genoeg is ‘genieten’ niet bedoeld voor ons plezier… Dat je iets lekker vindt, is dé manier van jouw hersenen om je gedrag te sturen. Dit gebeurt vooral in de evolutionair oudere delen van jouw hersenen. De oudste delen zijn de hersenstam en de middenhersenen. De hersenstam regelt zaken als ademhaling, bloeddruk en hartslag. Je middenhersenen regelen emoties en belangrijke driften (zoals honger en dorst) en instinctief gedrag zoals vechten of vluchten.

Een prettig gevoel betekent: herhalen!

In de middenhersenen zit ook je beloningscentrum. Dat zorgt ervoor dat je een prettig gevoel krijgt van activiteiten die belangrijk zijn voor overleven en voortbestaan. Zoals eten, drinken en seks. Dat prettige gevoel zorgt ervoor dat je dit gedrag blijft herhalen. De prettige gevoelens én de situaties waarin die ontstaan, worden als sterke herinneringen opgeslagen. Juist omdat ze zo belangrijk zijn: zo herkennen je hersenen snel de situaties waarin jij gedrag kunt herhalen dat belangrijk is voor overleving en het overdragen van jouw genen aan de volgende generatie.

Natuurlijk geven we niet toe aan elke impuls. Vaak is het verstandiger om een prettige activiteit te laten of uit te stellen. De neocortex en de prefrontale cortex, die later in de evolutie zijn ontstaan, zijn betrokken bij planning, controle, grip en het uitstellen van beloningen. Zo kun je je gedrag aanpassen aan de omstandigheden. En dat extra stuk taart tóch maar laten staan.

Het beloningssysteem voor de gek gehouden

Het beloningssysteem in de hersenen heeft bij ons en andere soorten al vele miljoenen jaren uitstekend werk verricht. Maar helaas kan dit systeem geen onderscheid maken tussen natuurlijke prikkels en de kunstmatige prikkels die pas relatief kort geleden in onze geschiedenis hun intrede hebben gedaan.

Stoffen zoals alcohol en drugs zorgen ervoor dat op een directe of indirecte manier signaalstoffen worden afgegeven aan het beloningssysteem. In veel grotere hoeveelheden dan normaal. Dat zorgt voor een intens gevoel van plezier en beloning. Je beloningssysteem wordt helemaal overspoeld. En het systeem dat zo goed is in ervoor zorgen dat jij die activiteiten herhaalt die belangrijk zijn voor overleving, wordt dan gekoppeld aan het gebruik van middelen. Dat gebeurt op een heel krachtige manier: de beloning is zó groot, dat je middenhersenen denken dat het gebruiken van dit middel dan ook wel héél belangrijk zal zijn voor je overleving!

Je aandacht wordt gefocust op het middel

Die boodschap wordt dan ook goed ingeprent. Er worden sterke herinneringen vastgelegd aan de prettige gevoelens tijdens het gebruik en de omstandigheden waarin je gebruikte. Zo word je gestimuleerd om dit gedrag te herhalen. Waardoor de associatie tussen het gedrag en het fijne gevoel nog sterker wordt. Ook wordt je aandacht steeds meer gericht op alles wat met dat lekkere gevoel in verband staat. Situaties, geuren, mensen, gevoelens en plaatsen waar je ooit gebruikte, roepen trek op. Je lichaam bereidt zich voor om weer te gaan gebruiken.

Naarmate je langer gebruikt, wordt de werking van je hersenen dus steeds meer ingericht op het herhalen van gebruik. En dit voelt – bijna letterlijk – als ‘van levensbelang’. Want dat is de functie van het beloningssysteem in je middenhersenen: voortbestaan. Controle vanuit de prefrontale cortex – het onderdrukken van de impuls – wordt dan heel moeilijk.

Gewenning

Daarnaast wordt dit proces ook nog beïnvloed door gewenning. Naarmate je meer gebruikt, wordt het beloningssysteem minder gevoelig. Je hebt dus steeds meer prikkeling van het beloningssysteem nodig om hetzelfde effect te bereiken. Sterker nog, de prikkeling van het middel is zo sterk, dat de ‘gewone’ beloningen in je leven nauwelijks nog doordringen. Je raakt dus nog meer gefocust op dat ene middel.

Ontwennings- of onthoudingsverschijnselen

Na verloop van tijd wordt gebruiken minder prettig (de roes neemt af), maar wordt niet gebruiken nog veel ellendiger. Je lichaam went aan het regelmatig gebruik en protesteert als je probeert te stoppen of minderen. Dat noemen we ontwennings- of onthoudingsverschijnselen. Je voelt je ziek, angstig, onrustig of somber. Als je opnieuw gaat gebruiken, voel je je meteen minder slecht. Ook dit houdt de verslaving in stand.

Je hersenen herprogrammeren

Samengevat: bij een verslaving worden je hersenen zo geprogrammeerd dat het van levensbelang voelt om te gebruiken, dat je heel goed in staat bent om die situaties te vinden waarin je kunt gebruiken, en waarin het ellendig voelt om niet te gebruiken. Het lijkt alsof je een willoos slachtoffer bent van je verslaving (niet voor niets zit hier het woord ‘slaaf’ in). En het is ook moeilijk, zeker zonder hulp, om dit te doorbreken. De evolutionair oudere delen van je hersenen roepen héél hard.

Maar… het goede nieuws is dat je je hersenen ook weer kunt herprogrammeren. Je lichaam went na enkele dagen of weken al aan het minderen of stoppen met de stof. Je hersenen helemaal herprogrammeren duurt wat langer: er zijn zoveel herinneringen en associaties ingesleten, die moeten ook weer ‘uitslijten’. In het begin zal je veel zucht en trek ervaren, omdat je middenhersenen je willen aansporen om weer te gebruiken. Maar die golven van trek gaan ook altijd weer voorbij. Je beloningssysteem moet weer helemaal worden ‘gereset’, zodat het weer reageert op goede en gezonde prikkels die wél echt belangrijk zijn voor je overleving!

Hulp helpt

Natuurlijk is het vaak nog ingewikkelder, omdat mensen niet alleen verslaafd raken aan een middel dat hen plezier geeft, maar ook omdat ze gebruiken om negatieve gevoelens te dempen. Ook dat geeft een extra prikkel om te gebruiken. Daarom vinden we het bij NK belangrijk om niet alleen te kijken naar de verslaving zelf, maar naar jouw hele leven. Hulp nodig? Neem contact met ons op!

De informatie in dit artikel komt uit het hoofdstuk “Wat je moet weten over verslaving” uit het boek “Grip – Aan de slag met verslaving en stress bij autisme” van NK-psychologen Marc Bosma en Johan van Zanten.